Inzet kruiken bij pasgeboren baby’s

Kim Kamphorst is senior researchcoördinator bij Gynaecologie en Kinderafdeling en helpt artsen bij hun onderzoek. Sinds januari 2023 is Kim ook coördinator verpleegkundig onderzoek. Ze begeleidt en helpt onderzoekslijnen opzetten, zo ook het gebruik van kruiken bij pasgeboren baby’s.

Kruiken worden al decennialang ingezet bij pasgeboren baby’s. Er is weinig onderzoek naar gedaan, bijvoorbeeld naar wat een veilige temperatuur is of de beste plek in het bed. Dit een typische handeling wat we al heel lang doen in de verpleegkunde. Het komt nog met enige regelmaat voor dat een kindje een brandwond krijgt van een kruik. Hoe kunnen we dit anders aanpakken?

Twee kruiken

Een groep van vier Technische Geneeskunde studenten hebben – samen met UT – een fantoom onderzoek gedaan met een fles water op 37 graden. Kim legt uit: ‘De leverancier van de kruiken had het advies aangepast, nadat er meldingen waren gekomen van brandwonden: haal de kruik eruit wanneer je het kindje in bed legt. Dit blijkt totaal niet effectief, want binnen een half uur ben je alle warmte kwijt. En de warmte is voor een pasgeboren baby vrij belangrijk onder andere voor een gezonde groei. Uit de onderzoeken van de TG studenten blijkt dat twee kruiken zorgen voor de meest constante warmte en het liefst in de buurt van de rug in plaats van bij de voetjes van het kindje te leggen.’

Hoes voor de kruik

Op basis van dit onderzoek is het idee ontstaan om een hoes voor de kruik te gaan realiseren, zodat de kruik altijd de juiste temperatuur heeft, maar de baby niet kan verbranden. Kim: ‘We willen een hoes ontwikkelen zodat deze zowel in het ziekenhuis als in de thuissituatie makkelijk te gebruiken is, zeker nu er in de kraamzorg ook flink bezuinigd wordt wil je dat de basiszorg zoals het op temperatuur blijven van een baby zo makkelijk mogelijk gerealiseerd kan worden. Het liefst met een ingebouwde kleurenindicatie om aan te geven dat hij koud is en vervangen moet worden. We hebben inmiddels een aanvraag gedaan voor PIHC. Mocht dit niet lukken, dan gaan we volgend jaar weer verder met BMT en TG studenten voor verder onderzoek.’